Ongewenst gedrag in het verkeer

Dinsdag 16 april om 7.30 uur wilde een politieagent in burger een chauffeur aanspreken op zijn asociaal rijgedrag. Nadat hij zijn legitimatie had getoond toonde de chauffeur in kwestie hem een dikke vinger en ging er vandoor. Op de Schollevaarweg is hij vervolgens door een duidelijk herkenbaar politievoertuig aangehouden.

Daar bleek dat de bestuurder, een 23-jarige inwoner van Amsterdam,  en de bijrijder inmiddels van plaats hadden gewisseld. Een fikse prent voor onder meer rechts inhalen en het niet voldoen aan een stopteken kon hij onmiddellijk incasseren. Voor belediging van een ambtenaar in functie zal hij nog worden gehoord.

Ook op die Schollevaarweg werd een dag later om half 11 in de ochtend de bestuurder van een voertuig gecontroleerd. De 26-jarige inwoner van Zeewolde bleek een kleine hoeveelheid softdrugs bij zich te hebben, maar na een speekseltest bleek ook dat hij onder invloed van dergelijke middelen was. Na te zijn overgebracht naar het politiebureau is bij hem door een arts bloed afgenomen. Zodra het resultaat daarvan bekend is zal een proces-verbaal worden opgemaakt. Hij is met een rijverbod heengezonden.

Op donderdag 18 april werd bij eensnelheidscontrole op de Gooise weg een voertuig gespot met een snelheid van 200 km/u. Na de wettelijke correctie leverde dat nog altijd een overschrijding van de toegestane maximumsnelheid van 94 km/u op, voldoende om het rijbewijs van de bestuurder in te vorderen. De bestuurder, een 21-jarige inwoner van Almere, bleek zichzelf te willen bewijzen met de auto die hij van een vriend had geleend.